De dierenverzorgers lieten hun uitrusting zakken en keken vol ongeloof toe. Koko bleef zitten, een stille bewaker, die zich tussen Arthur en de rest van de nieuwsgierige troep plaatste. Hij bedreigde de man niet, hij beschermde hem. Een van de senior verzorgers voelde een brok in zijn keel ontstaan: hij wist precies wat er gebeurde.
Slechts een maand eerder had Koko zijn eigen oude metgezel, de matriarch van de troep, verloren aan een plotselinge ziekte. De patriarch had veel verdriet, zonderde zich af van de troep en weigerde voedsel. Het personeel hield zijn afnemende gezondheid met groeiende bezorgdheid in de gaten.
Toen ze hem nu met de gevallen oude man zagen, was het alsof er een schakelaar was omgegaan. Zijn ogen waren helder, zijn houding was beschermend en voor het eerst in weken leek hij betrokken en doelgericht. De frêle, doodsbange man had zijn krachtige beschermende instincten wakker gemaakt. Hij zorgde ervoor dat de man zich thuis voelde en nodigde een jongeling uit om de man te knuffelen.