Ze nam niet de moeite om uit te pakken. In plaats daarvan trok ze een versleten trui aan, volgde een smal zandpad achter het huisje en stak een duinenrij over met pluizig gras. Zodra ze de open kustlijn zag, viel de spanning van haar schouders.
Noemi zat alleen op het verlaten strand, met haar rug tegen een koude granieten rots gedrukt. Het getij ademde gestaag, waste schuimende vingers over het zand in eindeloze herhalingen, de echo van haar gedachten. Een relatie was stukgelopen, een baan was verdwenen en de stilte had alles wat vertrouwd was opgeslokt.