Om haar heen vervaagde het bos. Alex stond vlakbij haar, ongemakkelijk en onzeker. Samantha zat in zichzelf gekruld, verdriet pulseerde door haar heen als een tweede hartslag. Een klein stemmetje in haar binnenste spoorde haar aan om te stoppen. Ga naar huis. Laat het los. Misschien moest het hier eindigen.
Toen knielde Alex voor haar neer, standvastig en geaard. Zijn handen rustten op haar schouders, zijn stem kalm maar snijdend door de mist. “Sam, je kunt hier niet stoppen. Hij is je familie. Je bent te ver gekomen. Je moet doorgaan tot er niets meer te proberen valt.” Zijn woorden sloegen diep in.