Klimmers vinden een huis op de berghelling en nemen een kijkje binnenin

Als er water uit de berg lekte, al was het maar langzaam, dan zou dat gladde greppels kunnen betekenen. Gewassen krijt. Geen wrijving. Geen marge voor fouten. Terugkeren was geen optie meer. Ze waren al ver over de helft. Ze klommen verder. Voorzichtig nu, opzettelijk de vochtige strepen vermijdend. Ethan verlegde zijn route om zijn handen droog te houden en testte elke greep twee keer voordat hij erop vertrouwde.

Het krijt kleefde hier minder betrouwbaar, de lucht was vaag koeler, vaag vochtig. Boven hen klonk opnieuw het geluid. Deze keer was het niet alleen hout. Een geruis. Laag en onduidelijk, alsof iemand onder zijn adem sprak. Niet luid genoeg om woorden te vormen, maar onmiskenbaar menselijk. Ethans hart bonkte. “Hoorde je…” Een plotselinge plof onderbrak hem. Scherp. Stevig.