Klimmers vinden een huis op de berghelling en nemen een kijkje binnenin

Aan de ene kant stond een kleine houten tafel, oneffen maar stevig, met twee stoelen eronder. Op een lage plank stonden een paar ondefinieerbare voorwerpen, verzacht door stof. Alles voelde oud aan, maar niet verlaten. “Dit ziet eruit als een huis,” zei Nora zachtjes. Ethan zwaaide met zijn hoofdlamp door de kamer.

Het licht viel op geschuurde vloerplanken die over steen waren gelegd, een versleten tapijt dat tegen de muur was gedrukt en de vage contouren van een haard die allang koud was geworden. Wie dit gebouwd had, had hier niet alleen geschuild. Ze hadden hier gewoond. Toen daalde de balk lager. Tegen de muur het dichtst bij de deur stonden een paar houten vaten, hun hoepels donker van het vocht.