Klimmers vinden een huis op de berghelling en nemen een kijkje binnenin

“Waarom zou iemand hier een huis verbergen,” zei hij, “en dan verder graven?” Ze stonden een lang moment aan de rand van de tunnel te luisteren. Geen gefluister. Geen beweging. Alleen het zwakke geluid van hun eigen ademhaling en iets anders, zo subtiel dat Ethan het bijna miste. Een langzaam, ver weg druppelen. Water, ergens diep van binnen.

Nora stapte als eerste naar voren, haar laarzen schraapten zachtjes tegen de steen. “Als hier iemand woont,” zei ze, “is dit de plek waar ze naartoe zijn gegaan.” Ethan volgde, de deur achter hen nog steeds open, de smalle richel buiten begon al onmogelijk ver weg te voelen. Het licht van de ingang vervaagde naarmate ze dieper kwamen en werd vervangen door de strakke kegel van hun koplampen.