Klimmers vinden een huis op de berghelling en nemen een kijkje binnenin

Alleen ademhaling en de wind in de verte die ver beneden door de bomen bewoog. Toen hoorde Ethan het. Een geluid dat er niet hoorde. Eerst dacht hij dat het de wind was die tegen de klif schuurde, tot het weer gebeurde. Een lage, holle plof, gevolgd door een lang gekraak, alsof oud hout buigde onder het gewicht. Hij bevroor, met zijn vingers vastgeklonken in het kalksteen.

“Nora,” zei hij zachtjes, voorzichtig om niet te verschuiven. “Hoorde je dat?” Zij stopte ook. Haar hoofd schuin, haar oor naar de rots gericht. Voor een paar seconden was er niets anders dan de wind. Toen kwam het terug. Dieper deze keer. Een doffe houten klop, gevolgd door een langzaam gekreun dat Ethans maag deed samenkrimpen. Het klonk verontrustend als een deur die in een kozijn schuift.