Hij gromde en overwoog zijn opties. Toen draaide hij zich om en mompelde iets tegen een medewerker in de buurt. Even later werd een touwladder over de rand neergelaten. “Goed. Eén uur,” riep hij naar beneden. “Blijf aan dek. Niet ronddwalen. Ik hou de wacht.” Katherine knikte vastberaden. “Begrepen, kapitein. Bedankt voor uw medewerking.”
Terwijl ze aan boord klom, keken Katherine’s ogen naar de indeling van het schip. Haar team volgde op de voet en deed alsof ze spullen aan het uitladen was. “We stellen dit op prijs,” zei ze opnieuw, op een respectvolle toon. Terwijl de officieren ongedwongen geklets nabootsten, scanden Katherine’s gedachten al routes, uitgangen en blinde vlekken. De echte operatie was nog maar net begonnen.