Ze wendde zich tot Ahmed en vroeg met een lage, dringende stem: “Hoeveel van je mannen staan er nu buiten?” “Minstens vijftig,” antwoordde hij. “Ze werken benedendeks in de vuurwerkruimte. Ze worden goed in de gaten gehouden, maar niet zwaar bewaakt. Als we bij hen kunnen komen, kunnen we misschien de controle over het schip overnemen.”
Katherine draaide zich om naar de twee officieren. “We gaan nu, rustig.” Van de randen van de container verzamelden ze wat ze konden: een stuk verroeste leiding, een losse metalen staaf, een oude moersleutel. Het was niet veel, maar genoeg. “We gaan snel, blijven laag. Geen geluid, tenzij we toeslaan,” instrueerde ze.