“Een stewardess? Echt waar?” spotte ze. “Wow, net nu ik dacht je nog een kans te geven.” Ze stond op en pakte haar handtas, alsof ze klaar was om te vertrekken. “Luke, vertel eens. Wie is ze?” Emily’s stem kraakte. Ze kon er geen wijs uit worden, haar hoofd ging tekeer met duizend vragen.
De man keek haar weer aan, zijn verwarring werd groter. “Luke? Wie is Luke in godsnaam?” vroeg hij, zijn stem afstandelijk. Emily’s wereld stortte in. Haar knieën voelden zwak, haar zicht wazig van de verse tranen. De vrouw naast hem keek Emily ook aan, verward en enigszins beschaamd.