Tussen de bloemen lag een gevouwen kaart. Elise opende het na haar dienst. In een keurig, lusvormig handschrift stond er: Voor de vriend die onvoorwaardelijk luistert. De eenvoud van de zin deed haar borstkas verstijven.
Ze legde de kaart in haar kluisje, naast haar badge. Het was niet de eerste keer dat een patiënt haar meer toevertrouwde dan hun medische verhaal, maar dit voelde anders. Olivia nam niet zomaar iets in vertrouwen. Ze was aan het bekennen, in slow motion.