De kop van de hond schoot omhoog bij de commotie, zijn lichaam strak als draad. Een keelklank gromde uit zijn keel, dieper en luider dan Tina ooit eerder had gehoord. De agenten bevroor en beoordeelden hem zorgvuldig, duidelijk op hun hoede om een aanval of beet uit te lokken.
“Achteruit, mevrouw,” instrueerde een officier, zijn hand uitgestoken alsof hij haar op haar plaats wilde houden. Tina gehoorzaamde, haar benen knikten lichtjes toen ze achter de barrière van knipperende voertuigen stapte. Haar adem stokte snel en haar ogen waren gericht op de greppel.