Lisa stond abrupt op. Haar handen gebald. Wachten was niet genoeg. Ze moest iets doen – meer dan alleen posten of doodlopende commentaren lezen. Terwijl ze naar haar telefoon staarde, herhaalde één enkele gedachte zich in haar hoofd: Ik heb hulp nodig. Echte hulp. Iemand die weet hoe dieren zich gedragen.
Toen herinnerde ze zich David Setter. Hij was niet alleen Coco’s dierenarts, maar ook een jeugdvriend. Ze hadden samen boomhutten gebouwd, kikkers opgegraven na een regenbui. Hij begreep dieren altijd op een manier zoals de meeste mensen dat niet deden. Als iemand haar kon helpen het pad van een adelaar te volgen, dan was het David wel.