De arend fladderde woedend en cirkelde met agressieve snelheid om de boom. Coco jankte in het nest. David bleef stil zitten, probeerde klein te blijven, maar het lukte niet. “We moeten iets doen,” zei Lisa. “Het komt dichterbij.” De adelaar liet zich weer vallen, zijn klauwen wijd uitgespreid, krijsend boven Davids hoofd.
Paniek verspreidde zich door de groep. “Gooi iets!” stelde iemand voor. “Nee! Dan lok je hem uit!” zei een ander. Lisa’s ogen schoten heen en weer tussen de boom, het nest, de woedende waas van veren – en toen herinnerde ze het zich plotseling. Haar hand vloog naar haar jaszak. De speelgoedmuis. Coco’s favoriet.