Toen hij zes was, loodste Claire hem zonder veel conversatie de auto in. De jongens waren ongewoon opgewonden, fluisterend en stuiterend op de achterbank. Daniel bestudeerde Claire’s profiel in het voorbijgaande licht, haar uitdrukking kalm maar onleesbaar. Elke draai aan het stuur voelde als een stap dichter bij de vernedering.
Ze stopten voor een gehuurde hal. Claire parkeerde en zei niets, ze knikte alleen naar de deur. Daniel’s hartslag hamerde. Zijn hoofd vulde zich met beelden van haar met een andere man, misschien zelfs degene die het kaartje had geschreven. Zijn hand aarzelde bij de deurklink, zijn maag verzuurde van angst.