Vissers kapseisden door een mysterieus zeewezen – wat er boven water kwam liet hen sprakeloos achter

Dus toen het schemerde, maakte hij zijn boot los. De kerkklok luidde over het dorp, diep en zwaar. De meeste mensen sloten hun deuren. Erik paste alleen de riem van zijn reddingsvest aan, deed zijn looplamp aan en duwde weg. De buitenboordmotor hoestte een keer, zette zich toen recht en bracht hem naar open water.

De zee voelde vreemd aan. Er cirkelden geen meeuwen. Het oppervlak leek uitgerekt vlak, bijna kunstmatig, zoals een vijver stil ligt voordat iemand een steen gooit. Hij gaf minder gas en liet de motor zachtjes brommen. De stilte nam toe met elke meter die hij aflegde.