De skiff schommelde opzij, het water stapelde zich op in een deining waar geen wind achter stond. Een angstaanjagende seconde lang dacht hij dat hij zou omslaan. Toen sloeg de boot klotsend weer neer en was het water weer glad.
De schaduw trok onder de skiff door en in een oogwenk kantelde de wereld. De boot schommelde heftig, één kant kwam omhoog alsof onzichtbare handen hem omver wrikten. Erik viel op zijn knieën, greep met beide handen de zijkant van de boot vast en vocht om zijn gewicht te verplaatsen. Koud water spoelde in zijn gezicht. Even was hij er zeker van dat hij erin zou storten.