Toen hij de open plek naderde waar hij voor het eerst de puppy had gevonden, vertraagde hij. Het kreupelhout ritselde, maar het was slechts de wind. Toch voelde de stilte onnatuurlijk aan. Hij haalde rustig adem en stapte naar voren. Zijn gevoel zei hem dat er iets veranderd was sinds hij hier voor het laatst was.
Zijn ogen bleven hangen op de plek waar de rugzak had gelegen. Zijn maag zakte naar beneden. De rugzak was weg. De bladeren waren verstoord, de grond licht geschuurd, maar de rugzak zelf – samen met enig bewijs van wat er was gebeurd – was verdwenen. Een rilling kroop over zijn ruggengraat. Was het een dier dat de rugzak had meegenomen?