Daarna liep Rowan naar de haven en stond voor de gedenkplaat van zijn vader. Het messing glom nog steeds onder de dunne zoutstrepen. Hij legde zijn handpalm ertegenaan, het voelde minder alsof hij met een geest sprak en meer alsof hij een boodschap beantwoordde die eindelijk na vele jaren werd bezorgd.
Terug op zijn trawler, zette Rowan het oude kompas naast het stuur en keek uit over het water. Zonlicht brak over de golven. De woorden van zijn grootvader klonken nu anders. De zee had haar geheimen, maar soms droeg ze ze ook terug naar de persoon die ze het meest nodig had.