Hij gromde nooit. Nooit blafte hij. Hij keek gewoon, stil en alert, tot de verstoring voorbij was. Pas daarna keerde hij terug naar Betty’s zijde, alsof hij een voltooide taak had afgerond.
Vanessa zei haar zorgen niet hardop. Ze hield ze in bedwang, zorgvuldig opgevouwen als breekbare dingen. Maar elke avond, als Scooby naast Betty lag, zag Vanessa zijn borstkas op en neer gaan en vroeg ze zich af wat ze precies had meegebracht naar huis.