“Ruzies? Spannende momenten voor de geboorte?” vroeg de andere agent. Ethan staarde. “Ze heeft me net onze dochter gegeven. Denk je dat mensen dan ruzie met elkaar maken?” Zijn stem was scherper dan hij bedoelde. Maar elke vraag voelde als een beschuldiging. Het leek voor hem alsof ze een zaak aan het opbouwen waren, geen reddingsactie.
Een agent in uniform kwam binnen met Lina’s telefoon in de hand. “We hebben de recente activiteiten bekeken,” zei hij en gaf hem aan de rechercheur. Het scherm gloeide met onbekende nummers, draden van onbeantwoorde oproepen en korte, dringende sms’jes van dezelfde bron. Ethan leunde voorover, onrust bekroop zijn ruggengraat. “Wie is dat?”