Het eerste waar hij naar greep was Lara’s telefoon. Als ze bang genoeg was geweest om weg te rennen, stond er misschien iets op – berichten, telefoontjes, alles wat kon verklaren wat haar zo bang maakte. Maar toen hij hem oplichtte, vroeg het scherm om een wachtwoord dat hij niet herkende. Hij probeerde degene die ze al jaren gebruikten, degene die ze gekscherend “ons gedeelde brein” noemden
Het lukte niet. Hij probeerde een variatie, in de hoop dat hij het verkeerd onthouden had. Weer een mislukking. Lara had haar wachtwoord onlangs veranderd, opzettelijk, zonder het hem te vertellen. Het besef nestelde zich ongemakkelijk in zijn maag. Ze verborgen nooit dingen voor elkaar. Telefoons lagen ontgrendeld op het aanrecht, laptops stonden open, accounts werden gedeeld zonder er bij na te denken.