Ik weet niet hoe ik moet zeggen wat ik al lang geleden had moeten zeggen. Jij was nooit de oorzaak van mijn zwijgen, ook al liet ik je dat geloven. De fout lag bij mij; de schaduwen die ik droeg van voor jouw geboorte. Ik hoop dat je me op een dag zult vergeven dat ik ze niet op tijd heb kunnen neerleggen.
Haar handen trilden terwijl ze las. Ik kan de jaren niet ongedaan maken, maar ik kan je iets beters nalaten dan excuses. De rekeningen staan op jouw naam. Het huis is van jou als je het wilt. Ik wilde niet dat mijn lasten de reden waren dat jouw leven moeilijk was. Je verdiende meer dan ik je kon geven. Dit is wat ik je in plaats daarvan kan nalaten.