Op een gegeven moment stopte Caleb en hurkte. Hij veegde een stapel droge bladeren opzij en onthulde iets kleins en schokkends: een felrode plastic halsband. Lisa’s maag draaide zich om. “Dat is niet Nina’s…” “Nee,” zei Caleb. “Te groot. Te vervaagd. Deze ligt hier al een tijdje.”
Ze staarde naar het voorwerp en voelde zich ongemakkelijk in haar borst. Dit ging niet meer alleen om Nina. Dit ding, wat het ook was, had dit waarschijnlijk al eerder gedaan. Misschien wel vaker. Haar vingers grepen de riem van haar tas steviger vast. Uiteindelijk werden de bomen dunner. Door een breuk in het struikgewas stak Caleb zijn hand op. “Wacht.”