Ze legde er zelfs haar oude trui naast, in de hoop dat de geur Nina naar huis zou leiden. Elk uur werd ze wakker om te kijken. Maar elke keer bleef de kom onaangeroerd. Tegen de ochtend plakte ze posters aan telefoonpalen. “Vermist Katje – Nina – Klein, Wit, Geen Halsband – Heel Vriendelijk” Ze drukte ze op lichtblauw papier zodat ze opvielen.
Plakte er een op het prikbord van de supermarkt. Overhandigde er een paar aan hondenuitlaters. Schoof er zelfs een onder de ruitenwisser van een bestelwagen. De mensen waren vriendelijk. Ze beloofden een oogje in het zeil te houden. Eén vrouw zwoer dat ze een witte waas door haar achtertuin had zien vliegen, twee straten verderop. Lisa haastte zich erheen en riep Nina’s naam tot haar keel in brand stond. Niets.