Het weesluipaard klopte elke ochtend op haar deur. Op een dag liet ze hem eindelijk binnen

Catherine stond bij het aanrecht met haar armen over elkaar en zei tegen zichzelf dat ze zich er niet mee moest bemoeien. Ze wist hoe deze dingen werkten. Voer een wild dier één keer en het herinnert het zich. Voer het twee keer en het leert. Afhankelijkheid volgde snel daarna, en afhankelijkheid was een doodvonnis.

Als het welpje leerde om mensen als veilig te zien, zou het weer te dicht bij de nederzetting afdwalen. Iemand zou in paniek raken. Iemand zou de rangers bellen. En dan zou er geen redding plaatsvinden, geen herplaatsing. Gewoon een rapport, een pijl afgevuurd en het probleem stilletjes van de kaart geschrapt.