Infrarood legde vast wat mensenogen niet konden zien: de leeuw die iets tussen zijn tanden vasthield, de omtrek ervan duidelijk tegen de warmtegevoelige achtergrond. Een klein, zwart klompje dat zachtjes kronkelde terwijl hij het droeg. Niet zomaar een voorwerp. Iets levends.
De kamer viel stil. Zelfs het gezoem van de apparatuur leek ver weg. Noah greep Daniels mouw steviger vast, zijn stem een dun gefluister. “Pap…wat is dat?” Daniel had geen antwoord. Noch iemand anders. Ze wisten alleen dat de koning van de troep iets bewaakte – en wat het ook was, het hoorde er niet bij.