Nathan trilde nu al, zijn handen waren klam. Hij kon niet alles rationaliseren. De geluiden, de schaduwen, de plotselinge temperatuurdaling – het werd hem allemaal teveel. Hij voelde de paniek in zijn borstkas opkomen. Zijn gedachten raasden terwijl hij probeerde te redeneren met de paniek die in zijn borstkas opkwam.
Het plotselinge gekletter weerklonk door de gang, scherp en schokkend. Nathan’s hart ging tekeer toen het geluid door het lijkenhuis galmde, maar hij kon de energie niet opbrengen om te controleren of het een grap was of iets anders. Hij stuurde snel een sms naar zijn supervisor: Voel me ziek, ga vannacht naar huis. Toen, zonder er verder bij na te denken, pakte hij zijn spullen en vertrok.