Nathan ging rechtop zitten, het ritselende geluid was nu onmiskenbaar. Het was niet de airconditioning. Het was niet het gezoem van de lichten. De vage beweging weerklonk ergens uit de kamer. Zijn hart sloeg een slag over. Hij was alleen in het lijkenhuis. Waar kwam het geluid dan vandaan?
Hij luisterde aandachtig, maar het geluid stopte even snel als het begon. De stilte die volgde was verstikkend. Nathan schudde zijn hoofd en gaf de schuld aan zijn uitputting. “Gewoon moe,” mompelde hij tegen zichzelf, forceerde een grinnik en ging zijn ogen weer rusten.