Hoe dichterbij hij kwam, hoe zwaarder zijn stappen voelden. Toen hij bij het hek kwam, pauzeerde hij en gluurde door een opening. De bal lag vlakbij de achterdeur, maar het was niet alleen de bal die zijn aandacht trok. Het mes, de in takjes gewikkelde botten en de ketel in de verre hoek deden de lucht dik van angst aanvoelen. Zijn benen voelden zwak aan.
Zo dicht bij de schuur staan met al die vreemde voorwerpen in het zicht deed zijn moed verdampen. Maar net toen zijn voeten zich weer in de richting van de veiligheid van de straat begonnen te draaien, verbrak een schorre en vage stem de stilte. James bevroor, elke spier in zijn lichaam blokkeerde. De stem klonk als iemand die pijn had en wanhopig om hulp vroeg.