Binnen een paar minuten volgden er nog twee fietsers. De eerste werd frontaal geraakt. Hij schreeuwde iets en maakte een scherpe bocht, waarbij hij water uit zijn jas spoot terwijl hij vloekte. De tweede probeerde te ontwijken, maar kreeg toch een volle klap langs zijn linkerkant. Geen van beiden stopte. Maar geen van beiden keek blij.
Tegen 8:45 kwam er weer een voorbij, deze remde even af aan de rand van het erf voordat hij omkeerde. Clarence vernauwde zijn ogen. Er begon zich een patroon te vormen. Hij verwachtte geen wonderen. Maar misschien had hij hun aandacht.