Naarmate het vliegtuig vlakker werd, nam de turbulentie toe. Clara’s angst nam toe met elke hobbel van het vliegtuig, haar blik gericht op Atlas, die kalm bleef alsof niets hem kon raken. Haar eigen angst en oordeel leken haar eigen vijandigheid verder aan te wakkeren.
De turbulentie nam iets toe, waardoor Clara nog ongeruster werd. Ze verschoof in haar stoel en haar ogen schoten heen en weer tussen Liam en Atlas. Toen schoof ze, opzettelijk en met het gezicht van een martelaar, haar stoel helemaal naar achteren, waardoor de ruimte rond Atlas schokte. Liams maag zonk naar beneden; hij wist meteen dat de hond verstoord zou zijn.