Zelfs tijdens rustige uren bleef ze niet hangen. Ze beantwoordde vragen efficiënt, glimlachte wanneer dat nodig was en verdween met geoefend gemak op de achtergrond. Als investeerder vertrouwde Evan op zijn gevoel voor mensen; Lena leek angst te verbergen achter haar zachtheid.
Op een ochtend zag hij hoe een andere serveerster Lena plaagde met een drankje na het werk. Lena weigerde met een zachte, reflexieve “Misschien de volgende keer,” het soort dat eigenlijk nooit betekende. Evan maakte een notitie. Hij dacht niet dat iemand iets persoonlijks over haar wist. Ze had haar hele leven gebouwd op beleefde uitvluchten en hij vroeg zich af waarom.