“Ik kan nergens anders heen,” zei Walter. Zijn keel verstrakte. “Dit is mijn thuis.” Even verdween de sympathie van de voorman. Zijn toon verhardde. “Dan ben ik bang dat je zult moeten leven met het ongemak. We gaan volgende week beginnen. En even een waarschuwing. U kunt wat wateronderbrekingen verwachten. We moeten een leiding omleggen voordat we de fundering storten.”
“Wateronderbrekingen?” Hij knikte. “Ja. Leidingen van de provincie. Kan een paar dagen droogvallen. We kunnen niets doen.” Walter staarde hem aan en voelde van binnen iets instorten. “Je kunt niet zomaar het water afsluiten naar de huizen van de mensen.” De voorman haalde zijn schouders op. “Je bent niet de enige die getroffen is. Het is tijdelijk.”