Zijn ogen vochten om dicht te vallen, maar de angst hield hem wakker. Rusty was alles – zijn enige anker. Zonder die trouwe, zachte aanwezigheid had Derrick het gevoel dat hij in de leegte zou wegdrijven. Hij ijsbeerde door de krappe wachtruimte, kneep in zijn arm als zijn ogen zwaar werden, vastbesloten om Rusty niet weer in de steek te laten.
In een vlaag van wanhoop haalde hij zijn telefoon tevoorschijn, op zoek naar geruststellende verhalen over honden in kritieke toestand. De meeste resultaten maakten zijn angst alleen maar groter. Statistieken over overlevingskansen keken hem aan. Hij inhaleerde scherp, de telefoon gleed uit zijn trillende greep. Hij kon niet nog meer slecht nieuws verdragen.