Terwijl hij een vermoeide zucht slaakte, overspoelde hem een ijzingwekkend besef. De afgelegen locatie, ver weg van de bewoonde wereld, betekende dat zijn hachelijke situatie waarschijnlijk onopgemerkt zou blijven. Het drong tot hem door dat hij vrijwillig aan een gevaarlijke reis was begonnen, waar hij misschien niet meer van terug kon komen.
Spijt doordrong hem in al zijn gedachten, de erkenning van de ernst van zijn ondoordachte beslissing. De gevolgen doemden onheilspellend op en wierpen een schaduw over zijn hoop op verlossing. Hij kon alleen maar bidden dat zijn familie, degenen die hem het dierbaarst waren, het op de een of andere manier in hun hart zouden vinden om hem te vergeven voor de roekeloosheid die hem naar dit punt van onomkeerbaarheid had geleid.