Ze staarde naar zijn gezicht en probeerde woorden te vinden, maar er kwam geen geluid uit. Ze kon alleen maar staren naar de man die het gezicht van haar dode man droeg. “Kan ik u helpen?” zei hij uiteindelijk na een ongemakkelijk lange stilte.
Cassandra voelde Lena’s aarzeling en zei: “Ja, u kunt helpen. Onze excuses voor het storen, maar ik ben bang dat u een griezelige gelijkenis vertoont met iemand die belangrijk is voor een van onze stewardessen. Het is nogal schokkend.”
Lena voelde zichzelf ineenkrimpen, wetende dat ze die stewardess was en dat hij het waarschijnlijk al gemerkt had. Ze wilde niet verlegen of overweldigd overkomen, dus verzamelde ze haar moed en schraapte haar keel. “Kent u toevallig iemand met de naam Gabriel Garcia?” vroeg ze brutaal.
.