Justin’s ongeloof veranderde in iets kouder – berekening. Twaalf kinderen. Allemaal succesvol. Iemand van hen moest iets voelen – schuld, plicht, medelijden. Hij verdiende hun hulp niet, maar hij had het nodig. De meisjes leken op hem. Dat moest toch iets betekenen. Het was een kleine kans, maar het was zijn enige.
Hij bewoog zich snel, niet uit moed, maar uit noodzaak. Hij pakte de laatste verfrommelde biljetten uit de la, haalde het maximum uit zijn kaart en kocht een enkeltje New York. Lucy wilde hem misschien niet zien, maar een van zijn meisjes zou hem vast wel een kans geven.