Andrew veegde het aanrecht met weloverwogen bewegingen schoon, ook al viel er niet veel meer schoon te maken. Het oppervlak was al brandschoon, maar de repetitieve beweging gaf zijn handen iets te doen terwijl zijn gedachten in een spiraal gingen.
Het café zat halfvol – achtergrondmuziek zoemde over de hoofden, borden rinkelden, het gedempte geroezemoes van gesprekken – maar Andrew voelde zich er vreemd genoeg niet bij betrokken, alsof hij net buiten het glas zweefde. Vroeger vond hij het hier leuk.