De zin schokte Andrew. Zijn oom, deel van iets “geclassificeerds”? Hij vroeg de archivaris om details, maar de man haalde zijn schouders op. “Naoorlogs artikel. Honderden academici werden betrokken bij de oorlogsinspanning. Codebrekers, logistiek, wie weet? De meeste gegevens blijven verzegeld. Toch vreemd. Waarom zou de man het zo geheim houden?”
Terug op het landgoed spreidde Andrew de akte uit over het bureau en trok woorden over met zijn vinger. De woorden van de archivaris en de waarschuwing van mevrouw Linton knaagden aan hem. Henry’s zwijgen, de verdachte dood van zijn vrouw, zijn teruggetrokkenheid. De verwijzingen naar de tuin vormden een kriebel in Andrews hoofd – doelbewust en volgens een patroon, als het begin van een code.