Zijn ogen dwaalden af naar de hoek onder de boom. Hij stelde zich Lola voor – zelfverzekerd en klein – geduldig wachtend in de rij met haar blaadje. Ze moet studenten groene briefjes hebben zien overhandigen, die fladderende papiertjes, en dacht: dit is wat mensen doen. Dus vond ze haar versie. Haar eigen groene geld.
De gedachte bracht hem bijna van zijn stuk, maar toen klikte het. Het blad. Altijd dezelfde soort. Dezelfde grootte. Dezelfde kleur. Lola plukte niet zomaar een blad van de grond. Ze had een bron. Voor het eerst in dagen ging Pedro rechtop zitten. Als hij de boom kon vinden, kon hij haar misschien ook vinden.