Seconden later arriveerde de politie met rode en blauwe lichten over het verwoeste terrein. Sirenes schalden door de nacht terwijl agenten Vale in veiligheid brachten en bewijsmateriaal verzamelden. Manny stond op adem te komen, onder de modder en trillend, de hond leunde tegen zijn been alsof hij zeker wist dat hij echt in orde was. Nu moest Manny nog één ding doen: Max vinden.
Al snel zwermden zoekteams door het bos, hun stemmen weerklonken tussen de kale takken. De hond trok met hernieuwde aandrang vooruit, weefde door het kreupelhout tot hij stopte bij een oude afvoerpijp. Binnenin, ineengedoken tegen de kou, staarde Max naar buiten – gekneusd, uitgehongerd en uitgeput, maar onmiskenbaar in leven. Opluchting overviel het hele team.