“Nog niet. Ze zeiden dat het ongeveer een week duurt. We moeten gewoon wachten, net als iedereen.” Emily zuchtte, maar glimlachte. “Prima. Ik zal geduld hebben. Soort van.” Ze verdween naar haar kamer, neuriede een deuntje dat tegen Clara’s gerafelde zenuwen schuurde.
Alleen gelaten drukte Clara haar voorhoofd tegen haar handen. De leugen smaakte bitter. Ze zei tegen zichzelf dat het maar uitstel was, een manier om de klap te verzachten voordat de waarheid kwam. Maar diep van binnen wist ze dat ze Emily niet beschermde. Ze beschermde zichzelf.