“Houd de zuidelijke richting hier!” blafte de stationschef in zijn radio. “We hebben een obstakel verderop!” Passagiers begonnen zich te roeren en stapten dichter naar de rand. Een vrouw hapte naar adem toen ze zag waar hij naar wees. Een andere man riep: “Is dat een hond?”
Ethans borstkas deed pijn toen hij door de schittering heen keek. De puppy stond daar nog steeds te beven, probeerde zwakjes te kruipen maar zakte telkens in elkaar. Het leek onmogelijk klein tegen de eindeloze baan. “God,” fluisterde Ethan. “Het is maar een puppy.”