Een andere windvlaag sloeg tegen het raam en rammelde zo hard dat ze huiverde. Dat geluid schokte iets in haar. Dit ging niet meer over plannen, maar over urgentie. Ze had niet de luxe om aan zichzelf te twijfelen. Ze draaide zich om van het raam en liep zonder na te denken naar de keuken.
Met trillende vingers opende ze de koelkast en haalde er een stuk biefstuk uit, verpakt in slagerspapier. Het was bedoeld voor een zondagse maaltijd waar ze nooit aan toe was gekomen. Maya scheurde het open en legde het op een bord.