Haar hartslag maakte een sprongetje. De hond zat vast. Het draaide en blafte, proberen om weg te trekken, maar de riem stevig vast te houden. Maya keek omhoog naar de lucht – donker en zwaar, de bomen dreunden nu. Het zou niet lang meer duren voordat de storm zou gaan liggen.
Ze haastte zich naar de keuken om haar telefoon te pakken, waarbij ze bijna een schaal sinaasappels omstootte. Net toen haar vingers zich om de telefoon krulden, ging het licht met een zachte plof uit. De plotselinge duisternis deed haar verstijven. “Verdomme,” mompelde ze onder haar adem.