Het kwam opnieuw, luider deze keer, het soort keelgeluid dat tot in de borst reikte. Lily bevroor in het midden van haar slok, haar brede ogen schoten naar het raam. “Pap…” fluisterde ze. Caleb draaide zich om net toen de tweede brul doorbrak; scherp, woest, galmend over het heiligdomterrein. Een paar mensen hapten naar adem. Een kind begon te huilen.
Ergens buiten hieven vogels zich in een geschrokken golf op en verspreidden zich in de bomen. De barista stapte achter de toonbank vandaan. “Dat is… van de tijger tentoonstelling, toch?” Caleb liep al naar de deur. Door het raam zag hij een figuur over het grindpad sprinten. Het was Ethan, zijn radio tegen zijn mond gedrukt, zijn ogen gericht op de richting van het geluid.