Ze draaide zich scherp om. Niets. Geen beweging. Alleen de stille overloop, de gesloten slaapkamerdeuren en het zwakke gezoem van de thermostaat. Ze pakte snel de crackers, maar toen ze de voorraadkast opende, aarzelde ze. Een paar dingen leken niet op hun plaats te staan, een doos cornflakes stond scheef, een pot die vooraan had gestaan was nu naar achteren geschoven.
Het was niets alarmerends, maar het was niet de opgeruimde indeling die ze zich herinnerde van haar eerste dag. Op vrijdag zag ze de voorraadkast boven weer. Deze keer ontbrak een snackdoos helemaal. Kayla controleerde de hoge plank twee keer, toen de onderste. Niets.