Haar entree was niet dramatisch, maar iets in haar uitdrukking verraste Kayla. Sabrina zag er beheerst uit, perfect zo. Geen haar op haar plaats, geen kreuk in haar blouse. Maar haar glimlach bereikte haar ogen niet helemaal, en heel even leek ze… verrast. Bijna verontrust.
“Jij moet Kayla zijn,” zei Sabrina, met een aangename maar afstandelijke stem. “Welkom.” De warmte in Marks begroeting werd niet weerspiegeld in die van haar, en Kayla voelde haar houding instinctief rechttrekken, alsof ze moest bewijzen dat ze daar thuishoorde.