Jared kwam haar bij de poort tegemoet, zijn ogen wijd opengesperd. “Ik zweer je dat ik nog nooit zoiets gezien heb,” mompelde hij, terwijl hij haar half joggend naar het olifantenverblijf begeleidde. “Het begon rond vier uur. Eerst gewoon ijsberen. Toen begonnen ze met dingen te slepen.”
“Wat slepen?” Vroeg Maria. “Dat zul je wel zien.” Dat zou ze. En ze was er niet klaar voor. Op het moment dat ze de hoek naar het uitkijkplatform omsloeg, stokte haar adem. De olifanten hadden een heel deel van hun verblijf gebarricadeerd. Ze gooiden niet zomaar wat rommel in het rond.